vrijdag 30 mei 2014

Antwoord vraag 32: Recordcoaches

De Braziliaan Carlos Alberto Parreira en zijn Servische collega Bora Milutinovic dragen beiden een aardige staat van dienst met zich mee. Als clubtrainers zijn ze misschien nauwelijks een autoriteit te noemen. Zo trainde Milutinovic door de jaren heen namen als UNAM, San Lorenzo en All Sad zonder hier al te aansprekende resultaten mee te boeken. Parreira mag zich op dit niveau één treetje hoger zetten wellicht. Met Fenerbahce won hij de Turkse Superlig. Met Corinthians zelfs de Braziliaanse dubbel. Toch zijn deze mannen niet te vergelijken met de Jose Mourinho’s of Josep Guardiola’s van deze wereld.

Op het niveau van bondscoach zijn ze echter wel autoriteiten. Samen dragen ze een aardig record met zich mee. Beide coaches hebben het voorrecht om te kunnen zeggen dat ze met vijf verschillende teams aanwezig zijn geweest op een WK. Milutinovic begon zijn WK- carriére in 1986 als bondscoach van het gastland Mexico. Een verdienstelijk debuut, waarbij hij in de kwartfinale waardig werd uitgeschakeld door Duitsland na strafschoppen. In 1990 loodst hij Costa Rica in Italië na de achtste finale (4-1 verlies tegen Tsjechoslowakije). In 1994 weer een knappe prestatie als gastland VS ook de achtste finale bereikt. Hier is, ironisch genoeg, het Brazilië van Parreira te sterk. In San Francisco verliest hij op Indenpendence Day met 0-1 door een doelpunt van Bebeto.  In 1998 stuit hij als bondscoach van Nigeria op Denemarken in de achtste finale (1-4 verlies). Het laatste kunstje moet in 2002 met China geflikt worden. Maar het wonder blijft deze keer uit. De man die vier relatief kleine voetballanden door de poulefase heen wist te coachen verliest drie maal met China, scoort geen enkel doelpunt en krijgt er maar liefst negen tegen. De Miracle Worker, zoals zijn bijnaam luidt, houdt het daarna voor gezien.

Carlos Alberto Parreira debuteerde vier jaar eerder als Milutinovic op een WK. Met Koeweit wordt één punt behaald in een poule met Tsjechoslowakije, Frankrijk en Engeland. Het grootste succes boekt Parreira acht jaar later in de Verenigde Staten. Met sterren als Romario, Bebeto, Claudio Taffarel, Branco en Dunga wordt de oefenmeester wereldkampioen. Toch staat hij vier jaar later weer voor een grote klus met een beduidend minder voetballand. Saoedi-Arabië strikt hem voor het WK in Frankrijk, waar opnieuw maar één punt veilig gesteld wordt. Net als met Koeweit wordt Parreira laatste in de poule en een roemloze aftocht volgt. In 2002 laat hij weer verstek gaan om in 2006 oude tijden te moeten laten herleven met zijn vaderland. De poule wordt eenvoudig overleefd met drie overwinningen. Ook de achtste finale is een prooi als Ghana met 3-0 verslagen wordt. Wel gaat het bij de eerste serieuze tegenstand mis. Frankrijk is in de kwartfinale met 1-0 te sterk. In 2010 begint Parreira aan zijn laatste klus. Zuid-Afrika moet in eigen land floreren en de Zuid-Afrikaanse voetbalbond kiest voor Parreira als ideale bondscoach. Als Zuid-Afrika het eerste gastland ooit wordt dat niet de eerste ronde overleeft zet Parreira een streep onder zijn carrière, waarin hij dus zes keer op het WK actief is (ook een record)  met vijf verschillende landen.

Op de vraag: Slechts twee bondscoaches waren met vijf verschillende landen op een WK actief. Deze twee bondscoaches kwamen elkaar slechts één keer tegen op een WK. In welke stad werd dit duel gespeeld? Was het goede antwoord: San Fransisco

Het goede antwoord werd gegeven door: 

donderdag 29 mei 2014

Antwoord Vraag 31: Hollands Geluk in Ierland

Op 11 april 1974 wordt er een zekere Matt geboren in Bury. De jongen blijkt getalenteerd te zijn voor voetbal en maakt zelfs in 1992 zijn debuut voor een profclub in Engeland, West Ham United. Later speelt hij ook nog voor Bournemouth en Ipswich Town. Bij die laatste club speelt Matt als hij namens Ierland mee mag doen aan het Wereldkampioenschap  in 2002…

Met de vrijwel ongeschonden resultaten in de afgelopen kwalificatiereeksen voor zowel EK als WK kunnen we het ons haast niet voorstellen, maar slechts twaalf jaar geleden keken mannen als Jaap Stam, Frank de Boer en Patrick Kluivert vanaf de bank naar het WK. In de aanloop na dit Wereldkampioenschap dat in Zuid-Korea en Japan werd gehouden verslikte Nederland zich net iets te vaak.

Louis van Gaal begon zijn eerste periode als bondscoach als opvolger van Frank Rijkaard. Rijkaard had met een selectie van wereldniveau de halve finale van Euro 2000 behaald. Dit was weliswaar geen slechte prestatie, maar de algehele opinie was dat dit beter moest kunnen.  Een taak voor Van Gaal dus. Ik ga in dit stukje niet alle pijnlijke wonden openrijten, maar we kunnen rustig stellen dat men er aan voorbij ging dat Oranje zich ook nog moest plaatsen voor dit WK. In de eerste wedstrijd van deze kwalificatiereeks gaat dit al mis. Ierland komt in de Amsterdam Arena op een 0-2 voorsprong. Jeffrey Talan en Giovanni van Bronckhorst (een ware wereldgoal) repareren de schade nog enigszins, maar de valse start is een feit. Een maand later kent Nederland uit bij Cyprus geen problemen, maar is de volgende tegenstander Portugal. Nu is De Kuip het decor. Nederland komt opnieuw met 0-2 achter, maar weet deze schade nu niet te repareren.

In 2001 moet Nederland de draad weer op proberen te pakken. Op 24 maart is Andorra de eerste tegenstander van de jaargang. De mannen van Van Gaal spelen de eerder opgedane frustraties even van zich af. Het wordt 0-5 in het Mini-Estadi (Andorra speelt haar thuiswedstrijden doorgaans in Barcelona). Na de overwinning op deze voetbaldwerg wacht een duel waar veel van afhangt. Een overwinning in en tegen Portugal (met onder meer Luis Figo en Rui Costa) zou Nederland weer volledig terug in de race brengen. Een nederlaag zou Nederland zo goed als kansloos maken. Nederland leek het begrepen te hebben en komt via Jerrel Hasselbaink en Patrick Kluivert op een comfortabele 0-2 voorsprong. Pas in de laatste tien minuten gaat het mis. Pauleta scoort de 1-2 (na een zeldzaam slippertje van Edwin van der Sar) en in de blessuretijd wijst scheidsrechter Urs Meier de Portugezen nog een strafschop toe. Luis Figo benut deze feilloos. Een gelijkspel die Nederland nog niet kansloos maakt, maar de situatie wordt absoluut nijpend. Meer als een playoffduel lijkt er op dat moment zeker niet in te zitten.

Bijna lijkt het zelfs al afgelopen in Estland. Nederland komt op 1-0 achterstand. Na de 1-1 van Frank de Boer in de 68e minuut denkt iedereen dat het goed komt, maar het wordt vervolgens ook nog 2-1. Ruud van Nistelrooij (net terug van een zware blessure) en Patrick Kluivert zorgen voor de ommekeer. Uiteindelijk wordt het 2-4.

1 september 2001. Landsdowne Road. Het staat bij vele liefhebbers van het Nederlands elftal in de zwartste bladzijde van het geheugen gegrift. Nederland zou hier dan toch in elk geval de playoffs veiligstellen. Het liep anders. Al vanaf het moment vroeg in de wedstrijd dat Roy Keane, captain van de Ieren, een aanslag pleegt op Marc Overmars. Nederland kwam maar niet in goeden doen. De Ieren ook niet, maar scoren wel. Jason McAteer scoort. De einduitslag is 1-0. Nederland, topfavoriet in de kwalificatiepoule, is uitgeschakeld. Dat Estland en Andorra na dit duel nog makkelijke prooien zijn mag niet meer baten. Portugal gaat als nummer 1 naar het toernooi. Ierland dwingt het af via een playoff tegen Iran.

….Matt mag zelfs in de basis starten als Ierland het eerste duel tegen Kameroen speelt. In het met 1-1 gelijk gespeelde duel is hij zelfs de doelpuntenmaker. Dat zou voor ons Nederlanders niet bijzonder zijn als Matt zijn volledige naam geen Matthew Rhys Holland zou zijn geweest. Inderdaad, Matt Holland maakte namens de Ieren de eerste treffer van het WK. Gevoel voor ironie of humor kan men de Ieren dus niet ontzeggen.


Op de vraag: Over wat iemand wel of niet ironisch vindt valt eigenlijk niet te twisten, maar om sommige dingen kunnen we niet heen: Wat was voor ons Nederlanders het ironische aan de eerste WK-treffer dat Ierland maakte tijdens het WK 2002? Was het goede antwoord: Het was Matthew Holland die de eerste WK treffer voor Ierland scoorde. Ironie ten top, want het was inderdaad Ierland dat 'Holland' uitschakelde in de kwalificatie voor het WK... 'Hollands geluk in Ierland...'

De vraag is goed beantwoord door: Floris de Jonge


woensdag 28 mei 2014

Antwoord vraag 30: Grote spelers, geen WK

Vannacht droomde ik dat ik Gareth Bale was. Natuurlijk zijn er ergere persoonlijkheden in wiens huid je zou kunnen kruipen in je dromen. Bale is natuurlijk niet bepaald een oorlogsmisdadiger, zedendelinquent of belastingfraudeur. Bale is gezegend met een allesverwoestende snelheid, verfijnd linkerbeen en sinds afgelopen weten we dat hij ook nog kan koppen. Bale is een man voor wie men in de zomer van 2013 liefst honderd miljoen euro over had. Toch was ik vannacht niet blij dat ik droomde dat ik Gareth Bale was.

Ik had namelijk ook kunnen dromen dat ik Ryan Giggs was. Tevens gezegend met snelheid en niet veel minder linkerbeen, maar ook de pechvogel dat hij in Wales geboren is. Meer als zeshonderd wedstrijden voor Manchester United, twee keer de Champions League ten hemel getild, maar nog nooit mogen ruiken aan dat andere hoge podium. Het Wereldkampioenschap voor landenteams. George Best zou in de jaren zestig bij geen enkel landenteam misstaan hebben, maar was verbonden aan Noord Ierland. Menig Nederlander, met name uit Amsterdam, heeft warme herinneringen aan Jari Litmanen. De Fin won met Ajax de Champions League, speelde later bij Barcelona en Liverpool, maar een WK is altijd ver weg geweest voor de aanvallende middenvelder. Bum-Kun-Cha, Zuid-Koreaan en Aziatisch voetballer van de twinitgste eeuw, heeft nooit een WK mogen spelen. Alfredo di Stefano is een held in Madrid, speelde voor drie nationale teams (Argentinië, Colombia en Spanje) maar mocht niet op het WK uitkomen. Al was dit ook te danken aan een blessure in 1962, toen Spanje zich wel geplaatst had voor het eindtoernooi. Eric Cantona valt in eenzelfde categorie. Frankrijk is sterk genoeg om WK’s te spelen, maar door wanprestaties tegen Israël en Bulgarije mist Frankrijk het WK van 1994. De reden dat Cantona nooit een gooi mag doen naar wereldgoud. Ook George Weah heeft zijn eigen verhaal. Wereldspeler van het jaar in 1995, maar zijn geboorteland Liberia plaatst zich nooit voor een WK. Zij hadden allemaal mijn alter ego kunnen zijn in mijn droom vannacht.

En ik kan nog wel even doorgaan, want ook mindere goden als Gary Speed, Ian Rush (beide Wales), Ronny Rosenthal (Israel), Jeff Strasser (Luxemburg), Alexander Hleb (Wit-Rusland) of Shota Arveladze (Georgië) wisten nooit een WK te spelen. Of wat te denken van Massimo Bonini? Drie scudetto’s met Juventus, maar een San-Marinees paspoort….


Zwetend werd ik wakker uit de nachtmerrie dat ik Gareth Bale was. Toen ik ontwaakte en weer terug op aarde kwam voelde ik weer dat ik in niks het talent van Bale had. Gelukkig maar. Want zelfs Bale zal deze zomer met afgrijzen na de vertoonde kunsten van zijn collega’s kijken en beseffen dat hij dit jaar, over vier jaar en over acht jaar niet op hetzelfde podium aanwezig zal zijn. Je zal Gareth Bale maar zijn…

Op de vraag: Welke speler werd ooit Wereldvoetballer van het Jaar, maar speelde nooit een WK? is het goede antwoord: George Weah.

De vraag is goed beantwoord door: Bart van Asperen


dinsdag 27 mei 2014

Antwoord Vraag 29: WK-Ballen

Sinds 1970 krijgt de voetbal die tijdens het WK gebruikt wordt een officiële naam. De eerste bal was de Telstar, vernoemd naar een satelliet die de wedstrijden mocht uitzenden. Dit jaar is de Brazuca de bal waarmee de grote sterren hun kunsten mogen vertonen. Hieronder alle WK-ballen in beeld. Met de kanttekening dat er in 1970 en 1974 vrijwel met dezelfde bal werd gespeeld.


Op de vraag: De grote sterren van dit WK mogen hun kunsten gaan vertonen met de Brazuca. Het is de twaalfde WK-Bal uit de historie. Op welke WK-bal stonden er op de meeste vlakken drie leeuwenkoppen getekend? Omdat er maar weinig keuzes zijn mag iedereen maar één antwoord geven om overmatig gokken te voorkomen. was het goede antwoord: De Etrusco Unico

De vraag werd goed beantwoord door: Maurice Kok

maandag 26 mei 2014

Antwoord Vraag 28: Andres Escobar

Een Wereldkampioenschap telt doorgaans talloze hoogtepunten. Een WK biedt plezier en entertainment. Een waar feest, zeker voor de voetballiefhebbers. En als er dan dieptepunten genoemd worden, dan gaat dit doorgaans over een te vroege uitschakeling of een gemiste strafschop. Er zijn helaas ook een aantal voorbeelden van dieptepunten die ver aan alle grenzen voorbijgaan. Het bizarre verhaal van Andrès Escobar is hier zeker weten een van.
 
Zijn eerste wedstrijd voor het Colombiaanse elftal speelt Escobar in 1988 al in een met 3-0 gewonnen duel tegen Canada. Met zijn land speelt hij de Copa America in 1989 en 1991 en de Wereldkampioenschap in 1990. Escobar groeit uit tot een betrouwbare verdediger van het nationale elftal en van zijn clubs Atletico Nacional uit zijn moederland en het Zwitserse Young Boys. Hoewel de Colombianen op dit moment ook een zeer sterke selectie hebben maakt Escobar deel uit van een generatie die door veel Colombianen als de sterkste ooit wordt gezien. Dit bevestigen de namen die op het selectieformulier staan aan de vooravond van het Wereldkampioenschap 1994 in de Verenigde Staten. Bondscoach Fransisco Maturana selecteert onder meer middenvelder Carlos Valderrama (De blonde Gullit), doelman Rene Higuita en erkende topspits Faustino Asprilla. Ook Escobar leest zijn naam terug bij de selectie voor een WK wat hem fataal zal worden.

De eerste wedstrijd geeft gelijk al weinig hoop voor de Colombianen. Roemenië is de eerste tegenstander in een poule met verder gastland Verenigde Staten en Zwitserland. Colombia creëert vele kansen, maar steeds blijkt de Roemeense doelman Stelea een te groot obstakel. Colombia scoort slechts een keer via Jose Adolfo Valencia. Roemenie scoort drie keer (onder meer de legendarische treffer van George Hagi, waarvan men nog steeds niet weet of de treffer bedoeld was als voorzet of schot) en Colombia weet derhalve dat het een zware exercitie tegemoet gaat.

Want de volgende wedstrijd is de wedstrijd tegen de gastheer. Ook de VS hebben veel belang bij een overwinning na een gelijkspel tegen Zwitserland. De Colombianen zijn echter weer op dreef als het gaat om kansen, maar ook dit duel weet men het net niet makkelijk te vinden. Dan breekt bij een 0-0 stand het moment aan dat de Verenigde Staten aanvallen over de linkerflank via John Harken die een redelijk kansloze voorzet geeft richting het doel van de Colombianen. Een verdediger probeert de Amerikaanse aanval af te slaan en zet een sliding in om de bal te onderscheppen. De verdediger raakt de bal inderdaad, maar verandert hem zo van richting dat deze richting het Colombiaanse doel rolt. De doelman staat nog net op het verkeerde been en ziet de bal achter hem in het net rollen. De verdediger annex pechvogel die de bal verwerkte en daarmee de eigen goal dus op zijn naam krijgt luistert inderdaad naar de volgende naam: Andrès Escobar. 

Het is een keerpunt in de wedstrijd en de VS lopen uit naar 2-0 (doelpunt Earnest Stewart). De 2-1 die nog gemaakt wordt komt te laat. Een wedstrijd later tegen Zwitserland zijn de kansen voor Colombia zo goed als verkeken, maar volgt er wel eerherstel. De Zwitsers worden met 2-0 verslagen, zodat Colombia nog een beetje met een opgeheven hoofd naar huis kan gaan. Althans, dat denkt men. Maar bondscoach Maturana gaf op dat moment al aan dat het thuisfront morde en dat hij en enkele spelers met de dood bedreigd waren. Tevens dient hij zijn ontslag in.

In het recent uitgekomen boek ‘Eigen Doelpunt’ van VI valt te lezen hoe Andres Escobar na een ruzie in een bar in Colombia uitgedaagd wordt door een groep Colombianen. Enkele woordenwisselingen later loopt de situatie dermate uit de hand dat Escobar om het leven wordt gebracht door enkele kogels. Nooit is bewezen dat het eigen doelpunt van Escobar de reden was van de moord, maar wel staat vast dat om die reden Escobar doelwit was van de treiterijen die avond die niet veel later uit de hand liepen.  
Andrès Escobar wordt nog steeds elk jaar herdacht op 2 juli.

Op de vraag: Op 2 juli 1994 schrikt de voetbalwereld op als Andrès Escobar wordt doodgeschoten buiten een bar in Colombia. Een link met een eigen doelpunt tijdens het Wereldkampioenschap van dat jaar is snel gelegd. Wie gaf de pass die door Escobar onderschept werd en vervolgens ongelukkig tot het eigen doelpunt leidde? was het juiste antwoord: John Harkes

De vraag is goed beantwoord door: Andre Korporaal


zondag 25 mei 2014

Antwoord Vraag 27: WK en CL winnaars in 1 jaar

De Europa Cup 1, wat later transformeerde in de Champions League, bestaat sinds 1955. Sinds 1958 bestaat er dus een kans dat een speler in een seizoen én de meest prestigieuze Europese clubprijs wint én zich met zijn land tot beste van de wereld kan kronen. Voor het WK in 1974 stond deze teller nog op nul, maar plotseling waren er zes spelers die deze eer voor het eerst ten beurt vielen. Bayern München won na een tweestrijd met Atletico Madrid (1-1 na verlenging in het eerste duel, het beslissingduel won Bayern met 4-0) de Europa Cup 1. Zes spelers wonnen anderhalve maand later in eigen land de WK-finale van Nederland met 2-1. Gerd Müller scoorde zelfs in beide finales.

Dat deze combinatie uniek is, bleek de jaren daarna. Pas in 1998 weet een speler dit kunstje te herhalen. De Fransman Christian Karembeu wint met Real Madrid in de Amsterdam Arena de Champions League na een duel met Juventus. Met zijn land Frankrijk wint hij, net als zijn Duitse voorgangers ook in eigen land, de WK-finale van Brazilië met 3-0.

In 2002 opnieuw Real Madrid in de hoofdrol. De Braziliaan Roberto Carlos wint met de Madrilenen eerst de Champions League. Bayern Leverkusen wordt verslagen met 1-2. Tijdens het WK in Japan en Zuid-Korea mag Roberto Carlos opnieuw een finale spelen. Duitsland wordt verschalkt met 2-0. Grappig detail: Roberto Carlos is in krap twee maanden tijd tweemaal een Duitse tegenstander de baas in een finale.

In 2010 was Wesley Sneijder dicht bij een dergelijke prestatie. Met zijn club Internazionale won hij de Champions League. Sneijder was een belangrijke pijler onderweg na de finale van het WK in Zuid-Afrika. Daar was Spanje echter een neuslengte sterker, waardoor Roberto Carlos nog altijd de laatste is van zeven voetballers en één keeper die een WK,- en CL-medaille van hetzelfde jaar in de kast hebben hangen.

Na gisteren kunnen meerdere spelers van Real Madrid deze zomer een poging wagen om aan onderstaand rijtje toegevoegd te worden.

Spelers die in één jaar zowel WK als CL wisten te winnen
1974 Bayern München en West-Duitsland
Sepp Maier
Franz Beckenbauer
Hans-Georg Schwarzenbeck
Paul Breitner
Uli Hoeness
Gerd Müller
1998 Real Madrid en Frankrijk
Christian Karembeu
2002 Real Madrid en Brazilë
Roberto Carlos

Op de vraag: In 1974 winnen Sepp Maier, Franz Beckenbauer, Hans Georg Schwarzenbeck, Paul Breinter, Uli Hoeness en Gerd Müller in hetzelfde jaar de Europa Cup 1 en de Wereldbeker voor landenteams. In 1998 herhaalt Christian Karembeu dit kunstje. Welke speler is de laatste speler die in één jaar zowel de EC1/CL als het WK wint? Was het goede antwoord: Roberto Carlos

De vraag is goed beantwoord door: Sophie Kreuze

 

zaterdag 24 mei 2014

Antwoord Vraag 26: Finale Scheidsrechters

De Nederlandse scheidsrechter Björn Kuipers draait een mooi seizoen. Dit begon al eind vorig seizoen toen de Oldenzaler met zijn arbitrageteam de eindstrijd van de Confederations Cup mocht leiden. Later werd bekend dat Kuipers mee mocht naar Brazilië om ook tijdens het WK actief te zijn als leidsman. Kuipers mag vanavond zelfs de Champions League finale fluiten en maakt volgens horen en zeggen een zeer grote kans om ook de WK-finale te fluiten. Hieronder is te zien dat dit op één scheidsrechter na nog geen één scheidsrechter gelukt is. Howard Webb presteerde dit op het meest recente WK. Hij floot de finale tussen Nederland en Spanje. Een anderhalve maand eerder had hij de wedstrijd tussen Inter en Bayern München gefloten met als inzet de Champions League. Verder valt op onderstaand lijstje op dat slechts één keer een scheidsrechter uit hetzelfde land achtereenvolgens de finale van het WK floot. In 1982 en 1986 werd de eindstrijd geleid door een Braziliaan.



Op de vraag: Welke scheidsrechter floot als eerste scheidsrechter een WK-finale en CL-finale in hetzelfde jaar? is het goede antwoord: Howard Webb (2010)

De vraag is goed beantwoord door: Bennie Kiers

vrijdag 23 mei 2014

Antwoord vraag 25: De mijlpaaltreffers

Lucien Laurent maakte zoals al eerder in deze quiz vermeldt de eerste WK-treffer ooit. De Fransman was trefzeker tijdens het eerste WK-duel ooit tussen Frankrijk en Mexico. Bobby Collins maakte wedstrijden later, pas in 1958, het 500e WK-doelpunt. Het decor was een duel tussen Schotland en Paraguay. Ook de Nederlander Rob Rensenbrink staat in de annalen van de FIFA gekerfd. Op het WK van 1978 tekende hij aan voor de duizendste WK-treffer ooit. Hij benutte een strafschop in een groepswedstrijd tegen Schotland. De Argentijn Claudio Caniggia zette de teller op 1500 toen Argentinië in 1994 Nigeria onder de voet liep. Marcus Allbäck zette de volgende stap van 500: Treffer 2000 werd tijdens het WK 2006 gemaakt toen Zweden en Engeland de degens kruisden.

De teller staat op dit moment op 2209 WK-treffers. De kans dat we dus dit WK naar nummer 2500 gaan is dus bijzonder klein.

Op de vraag: Wat hebben de Schot Bobby Collins, de Nederlander Rob Rensenbrink, de Argentijn Claudio Caniggia en de Zweed Markus Allback met elkaar gemeen?: Ze maakten ieders een 'vijfhonderdste' treffer in de WK-Historie

De vraag is goed beantwoord door: Maurice Kok


donderdag 22 mei 2014

Antwoord Vraag 24: De Wereldbekers

Een toernooi zonder beker is geen toernooi. Dus daarom wordt er sinds de eerste editie in 1930 al een beker uitgereikt. Tot 1974 was dit de Coupe Jules Rimet, vernoemd naar de FIFA-voorzitter die het toernooi voor het eerst opzette. Vanaf het toernooi van 1974 werd deze beker vervangen door de FIFA World Cup Trophy. Een zoektocht over internet levert de meest wilde verhalen op over beide trofeeën. Zonder ze te testen op waarheid heb ik voor beide trofeeën vijf wetenswaardigheden verzameld.


 Coupe Jules Rimet
* De Coupe Jules Rimet heette in eerste instantie Coupe du Monde of op z’n Nederlands Wereldbeker. Pas later, in 1946, kreeg Jules Rimet pas de eer dat de beker naar hem vernoemd werd.
* Abel Lafleur, ontwerper van de beker, koos voor zilver met goud bekleed op een donkerblauwe edelsteen met goudkleurige aders. De beker was 35 cm hoog en woog 3,8 kilogram.
* De figuur die in de beker te zien is stelt Nike voor, Griekse godin voor de overwinning.
* Tijdens de Tweede Wereldoorlog verbleef de beker in een schoenendoos onder het bed van de Italiaanse vicepresident van de FIFA, genaamd Ottoriono Barrasi.
* Wat de link is tussen deze beker en een hond genaamd Pickles? Voor het Wereldkampioenschap in 1966 (Engeland) werd de beker gestolen uit een tentoonstelling. Pickles vond hem 7 dagen later terug aan de voet van een boom, gewikkeld in kranten.


FIFA World Cup Trophy
* Silvio Gazzaniga, Italiaanse ontwerper, koos voor een beker van 36,5 cm hoog. De beker is goed 6 kg zwaar. De beker bevat 5 KG 18-karaats goud en de voet bestaat uit twee lagen malachiet (mineralensoort).
* De beker is opgebouwd uit twee figuren die de wereldbol ophouden.
* Elke winnaar wordt aan de onderzijde in de voet gegraveerd. Voorlopig is er nog plaats tot de winnaar van het jaar 2038.
* De beker zal altijd een wisseltrofee blijven. Na de overwinning mag de Wereldkampioen het origineel aan het publiek tonen, maar krijgt het een replica mee naar huis. Geen misselijke overigens, want de replica vertegenwoordigt nog altijd een waarde van € 100.000,00.
* Veel mensen, zelfs binnen de FIFA, beweren dat de Wereldbeker massief goud is. Iets wat overigens onmogelijk is. De beker zou dan, getuige het hoge soortelijk gewicht van goud, ruim 70 kg wegen.

De FIFA World Cup Trophy komt slechts eens in de vier jaar buiten het veilige hoofdkantoor van de FIFA in Zürich en wordt dan zo goed bewaard dat het nauwelijks het risico loopt om ooit in verkeerde handen te vallen. De Coupe Jules Rimet vertegenwoordigd daarentegen alleen nog historische waarde. In 1983 werd de beker in Rio de Janeiro (Brazilië won in 1970 de beker voor de derde keer en mocht daarom het origineel houden) gestolen. Deze keer werd hij niet teruggevonden door een oplettende hond. Het is vrijwel met zekerheid vast te stellen dat de beker omgesmolten is, alhoewel er ook geruchten gaan dat hij in een privekunstcollectie van een Braziliaanse maffiabaas staat. In Rio de Janeiro staat nu een replica die de Brazilianen lieten maken.


Op de vraag: Wat is de naam van de hond die ooit per toeval de wereldbeker terug vond toen deze gestolen werd?Was het goede antwoord: Pickles

De vraag is goed beantwoord door: Maurice Kok



woensdag 21 mei 2014

Antwoord Vraag 23: de grootste nederlagen

Je voelde de vraag van vandaag misschien al aankomen. Waar gisteren de grootste zege centraal stond is de stap naar de grootste nederlaag snel gemaakt. En daar is eigenlijk wat bijzonders mee. Nederland verloor elf keer een op een WK-eindronde. Het gros hiervan echter maar met één doelpunt verschil. Slechts twee keer kwam het voor dat de cijfers groter uitvielen. Opmerkelijk genoeg kwamen deze ‘grote’ nederlagen beide keren tot stand na een verlenging. De grootste nederlaag werd in 1938 op het WK geleden. De mannen van bondscoach Bob Glendenning werden met 0-3 weggespeeld door Tsjechoslowakije. De kleinste nederlaag is het verlies in de halve finale van het WK in 1998. Na een 1-1 in de reguliere speeltijd viel er ook in de verlenging geen beslissing. Na strafschoppen werd Nederland uitgeschakeld.











Op de vraag: Onder welke bondscoach leed Nederland de grootste nederlaag in haar WK-historie? Was het goede antwoord: Bob Glendenning

De vraag is goed beantwoord door:


dinsdag 20 mei 2014

Antwoord Vraag 22: De grootste zeges

Dit zijn de iets leukere momenten om een bescheiden stukje over te schrijven. De grootste Oranjezeges tijdens een Wereldkampioenschap. Nederland speelde tot dusver 43 duels op een WK. 22 maal werd er gewonnen. De drie grootste staan hieronder.
 
      Nederland – Zuid-Korea (WK 1998, Stade Velodrome, 5-0)
Nadat het Nederlands Elftal het WK een tikkeltje teleurstellend begon met een doelpuntloos gelijkspel tegen Zuiderbuur België kwamen de mannen van Guus Hiddink in de tweede groepswedstrijd wel op gang. Phillip Cocu, die naast Bergkamp in de spits stond als vervanger voor de geschorste Patrick Kluivert, opende de score in de 38e minuut. Nog voor rust verdubbelde uitblinker Marc Overmars die score. Het Nederlands elftal was ook heer en meester in de tweede helft. Dennis Bergkamp, supersub Pierre van Hooijdonk en Ronald de Boer maakten het karwei af.

      Nederland – Oostenrijk 5-1 (WK 1978, Chateau Carreras, 5-1)
Met eveneens vijf treffers, maar helaas zonder tegendoelpunten, is de 5-1 zege op Oostenrijk een keurige tweede in dit lijstje. Op een eindronde die nog bestaat uit twee groepsfases treft de ploeg van bondscoach Ernst Happel (Oostenrijker van origine!) in het eerste duel van de eerste groepsfase de Oostenrijkers. Deze ploeg werd net als Nederland eerste in de poule van de eerste groepsfase, maar de uitslag laat over het krachtsverschil geen twijfel. Ernie Brandts, Rob Rensenbrink (uit een strafschop) en Johnny Rep verzorgen de productie voor de rust. Na de rust tekent Johnny Rep ook voor de 4-0. Een zekere Erich Obermayer sputtert nog wat tegen, maar vervolgens is het slotakkoord voor Willy van der Kerkhof.

      Nederland – Argentinië 4-0 (WK 1974, Parkstadion 4-0)
Dat Nederland en Argentinië in 1978 een spannende finale zouden spelen was vier jaar eerder op het Wereldkampioenschap in Duitsland nog ondenkbaar. Op dit toernooi werd voor het eerst geëxperimenteerd met twee groepsfases. Nederland was duidelijk de baas in groep 3 met Bulgarije, Zweden en Uruguay. Argentinië plaatste zich wat moeilijker. Op doelsaldo eindigde het boven Italië als tweede, onder het verrassende Polen. In de tweede groepsfase treedt Nederland in het eerste duel aan tegen Argentinië. De elf van Rinus Michels groeiden in het toernooi langzaam naar een favorietenstatus en dat moest in het Parkstadion in Gelsenkirchen meer gestalte krijgen. Dit lukte, want Johan Cruijff opende na 12 minuten de score. Ruud Krol maakte er in de 25e minuut al 2-0 van. Na rust liep Oranje via Johnny Rep en opnieuw Cruijff uit na een klinkende 4-0 overwinning. Vandaag de dag dus nog steeds goed voor de op twee na grootste overwinning ooit op een wereldkampioenschap.


Op de vraag: Wie scoorde als enige invaller een doelpunt in de grootste zege van het Nederlands elftal tijdens een WK-eindronde ooit? Was het goede antwoord: Pierre van Hooijdonk
 
De vraag is goed beantwoord door: Stefan Meijerink


maandag 19 mei 2014

Antwoord Vraag 21: Kwalificatie top vijven

Tijdens de kwalificatie voor het WK is er uiteraard weer volop gescoord. En ons kleine Nederland had hier met 34 treffers weer een mooi aandeel in. Duitsland is het enige land met 36 treffers die dit wist te overtreffen. Grappig detail is overigens dat wereldkampioen Spanje niet verder kwam dan 14 treffers. Mooi is dat onze Robin van Persie, die toch regelmatig bekritiseerd wordt als spits van Oranje, met 11 treffers de meeste doelpunten maakte in de kwalificatiereeks.  De Portugees Joao Moutinho valt op als het gaat om het voorbereiden van goals. Liefst 11 assists mocht hij laten optekenen en daarmee blijft hij zijn achtervolgers (zeven spelers met vijf assists) ruimschoots voor. De naam van Cristiano Ronaldo staat opmerkelijk hoog bij de gele kaartenpakkers. Samen met zes minder aansprekende namen voert de Portugees de lijst aan met vijf gele kaarten. Een hoog aantal voor een speler die zich normaal gesproken voornamelijk met aanvallen bezig mag houden.

Op de vraag: Welk land maakte tijdens de kwalificatiereeks (zonder de Playoffs mee te rekenen) de meeste doelpunten? Was het goede antwoord: Duitsland.

De vraag werd goed beantwoord door: Jack Kombrink


zondag 18 mei 2014

Antwoord vraag 20: De Oranjerode kaarten

Liefst zeven keer moest een speler van het Nederlands elftal tijdens een WK-eindronde inrukken na het zien van een rode kaart. Iedere rode kaart heeft zijn eigen verhaal en zijn eigen consequenties gehad. Een kort overzicht.

Dick Nanninga (WK 1978, groepswedstrijd tegen West-Duitsland, 87e minuut, 2-2 einduitslag)
Dick Nanninga heeft de twijfelachtige eer om te mogen zeggen dat hij de allereerste speler van het Nederlands elftal is die tijdens een WK-eindronde een rode kaart pakte. De speler van destijds Roda JC mocht in de 80e minuut het veld in als wissel voor Piet Wildschut. In de 87e minuut pakte hij vervolgens een gele kaart om nog geen minuut later ook een directe rode kaart te ontvangen van scheidsrechter Ramon Ivannoe Barretto Ruiz. Aan de uitslag veranderde de laatste drie minuten niks meer. Nanninga werd voor één duel geschorst en was later in het toernooi zelfs nog trefzeker in de finale.

Frank Rijkaard (WK1990, achtste finale tegen West-Duitsland, 22e minuut, 1-2 einduitslag)
Nadat Frank Rijkaard een op stoom zijnde Rudi Völler vloerten hier geel voor krijgt gaat de Kindergarten helemaal open bij beide mannen. Eerst spuugt Rijkaard Völler in zijn nek. Dit ontgaat de scheidsrechter en Völler krijgt zelfs een kaart voor provoceren. Bij de daaropvolgende vrije trap gaat Völler net iets te lang door op doelman Hans van Breukelen. Rijkaard besluit verhaal te houden en trekt daarbij aan Völler’s oor die vervolgens acteert dat hij door de bliksem getroffen is. Scheidsrechter Loustau is direct klaar met de twee speelse kemphanen en stuurt ze beiden het veld af. Duitsland wint het duel overigens en vervolgens ook het WK.

Patrick Kluivert (WK1998, groepswedstrijd tegen België, 81e minuut, 0-0 einduitslag)
Patrick Kluivert heeft een aantal turbulente jaren achter de rug als hij in de eerste groepswedstrijd van het WK 1998 aan mag treden tegen België. De wedstrijd is weinig soeps en krijgt in de 81e minuut een rood randje. Kluivert en Lorenzo Staelens krijgen samen een woordenwisseling wat resulteert in een grove belediging van de Belg richting Kluivert. Laatstgenoemde verliest zijn zelfbeheersing en plant zijn elleboog in de borst van Staelens. Deze maakt gretig gebruik van deze handreiking en duikt naar de grond. Scheidsrechter Collina heeft maar een keus: Kluivert van het veld sturen. Drie wedstrijden schorsing is de straf voor Kluivert die later nog een belangrijke rol speelt in de kwart,- en halve finale.

Arthur Numan (WK1998, Kwartfinale tegen Argentinië, 76e minuut, 2-1 einduitslag)
In hetzelfde WK mag ook Arthur Numan iets eerder inrukken als gepland. In de eerste helft grijpt Numan te laat in als Ariel Ortega wil ontsnappen. De overtreding is feitelijk licht, maar voldoende voor de scheidsrechter om geel te tonen. Numan houdt zich tot de 76e minuut op de been. Dan grijpt de Oranjelinksback bij een 1-1 gelijke stand minder handig in als Diego Simeone het middenveld wil oversteken. Numan komt fel en een tikje ondoordacht in. Simeone weet raadt met deze actie en gaat gretig liggen. Niet geheel onterecht ontvangt Numan de gele kaart en kan hij vertrekken. Een uitschakeling voor Oranje dreigt, maar doordat Ariel Ortega zich laat gaan tegen Edwin van der Sar mag ook hij vertrekken. Nederland komt door een magistrale goal van Bergkamp  op 2-1 en plaatst zich voor de halve finale.

Khalid Boulahrouz/Gio van Bronckhorst (WK2006, Achtste finale tegen Portugal, 0-1 uitslag)
In een achtste finale die nog steeds in de boeken staat als één van de hardste WK-duels ooit ontving Nederland liefst twee keer een rode kaart. Scheidsrechter Valentin Ivanov stuurt in de eerste helft eerst de Portugees Constina weg, maar geeft in de 62e minuut ook de rode kaart aan Khalid Boulahrouz. Na een terechte eerste gele kaart trapt de leidsman in een toneelstukje van Luis Figo die een elleboogstoot simuleert. Toch komt Oranje weer in het voordeel als Deco ook namens de Portugezen de grasmat van het Frankenstadion dient te verlaten. Nederland denkt dan de 0-1 achterstand, al in de 23e minuut opgelopen door een tegengoal van Maniche, te kunnen wegwerken. Dit lukt niet, wel ontvangt Giovanni van Bronckhorst in de laatste minuut nog een tweede gele kaart en voegt zich dus bij de drie andere zondaars. Aan het waanzinnige aantal van 16 gele kaarten en 4 rode kaarten blijkt dat de Russische scheidsrechter de grip volledig kwijt was op het duel.

John Heitinga (WK2010, finale tegen Spanje, 0-1 uitslag)
John Heitinga is de laatste speler in deze serie die zijn biezen mocht pakken. Ook scheidsrechter Howard Webb wordt door Oranje en zijn tegenstander op de proef gesteld.  In een wedstrijd met 14 gele kaarten en één rode wordt de winnaar van het WK2010 bepaald. De afloop is bekend en de pijnlijkheden hoeven niet opnieuw opgerakeld te worden. John Heitinga is één van de spelers die mee mag delen in de traktatie van gele kaarten. In de 56e minuut is de centrale verdediger aan de beurt na een overtreding. In de 109e minuut stopt Heitinga een potentiële aanval van de Spanjaarden door Andres Iniesta neer te leggen. Howard Webb heeft geen keus en moet Heitinga de rode kaart tonen. Voor zij die het gemist hebben:  7 minuten later beslist dezelfde Iniesta het duel door de winnende treffer te maken. Heitinga is overigens de enige speler die zowel op een EK als WK een rode kaart voor het Nederlands elftal pakte.

Op de vraag: Welke speler werd er als tegenstander van het Nederlands elftal ooit  neergehaald met als resultaat dat een Nederlandse speler  voor het eerst in de eigen WK-Historie een tweede gele kaart in één wedstrijd kreeg en dus rood? Was het goede antwoord: Diego Simeone

De vraag is goed beantwoord door: Bennie Kiers




zaterdag 17 mei 2014

Antwoord vraag 19: Mini WK

Het valt misschien niet op, want de stukken getuigen niet van de grootst denkbare onderzoeksjournalistiek, maar het organiseren van deze WK-Koortsquiz vergt best wat zoekuren op het internet. Ik sta nu eenmaal niet bekend als de meest foutloze quizmaster en dan kun je maar beter de feiten zo goed mogelijk checken. Voor de meest kritische mensen: Ik garandeer nog steeds niet dat de quiz foutloos is. Als hij maar leuk is en kriebels bezorgd richting de apotheose van het voetbalseizoen dan ben ik tevreden.

Tijdens de zoektocht kwam ik iets tegen wat ik nooit geweten had. Op 30 december in 1980 werd er afgetrapt voor het Mini-WK voetbal (Mundialito) in Uruguay. Een feestje ter ere van het vijftigjarig bestaan van het WK Voetbal. Alle wereldkampioenen tot dan toe werden hiervoor uitgenodigd. Dat betekende dat Uruguay, Italië, West-Duitsland, Brazilië, Engeland en Argentinië de deelnemers van het toernooi zouden moeten zijn. De Engelsen zegden echter af, waardoor Nederland als tweevoudig verliezend finalist als plaatsvervanger werd uitgenodigd.

Het toernooi is opgebouwd in twee poules van drie. De nummers twee en drie van de poule kunnen lekker naar huis, de nummers 1 ontmoeten elkaar nog in de finale van het toernooi. Voor Nederland is er niet veel meer dan een figurantenrol weggelegd. In een poule met Uruguay en Italië wordt er eerst met 2-0 verloren van het gastland en vervolgens met 1-1 gelijk gespeeld tegen de Italianen. Jan Peters is de enige die scoort op dit toernooi namens Nederland. In de vijftiende minuut maakt hij de gelijkmaker in het duel met Italië.

In de andere poule is West-Duitsland het zwakke broertje. Van Argentinië verliezen ze met 2-1. De Brazilianen verslaan de tweevoudig wereldkampioen zelfs met 4-1. Omdat Argentinië en Brazilië 1-1 gelijk spelen gaat Brazilië op doelsaldo door naar de finale. Uruguay wint deze finale, die gespeeld wordt op 7 januari 1981 met 2-1 en kroont zich tot eerste en enige winnaar van het Mini-WK.

Op de vraag: Velen wisten het misschien niet, maar Nederland deed ooit mee aan een Mini-WK in 1980. Nederland deed mee als plaatsvervanger van het absente Engeland en maakte welgeteld één doelpunt. Wie maakte deze treffer voor Nederland? Was het goede antwoord: Jan Peters.

De vraag is goed beantwoord door: Patrick van Riel



donderdag 15 mei 2014

Antwoord Vraag 17: Golden Glove Award

Sinds 1994 wordt er ook een prijs uitgereikt voor de beste doelman. Onder de naam Yashin Award, vernoemd naar Lev Yashin, keeper van de Sovjet-Unie in de jaren ’60 en uitgeroepen tot FIFA keeper van de 20e eeuw, was de eerste keeper die deze eer ten beurt viel de legendarische Belgische keeper Michel Preud’Homme tijdens het WK in 1994. Dit onder meer dankzij zijn legendarische optreden tegen Nederland (waardoor onze zuiderburen met 1-0 konden winnen). De Fransman Fabien Barthez werd in 1998 wereldkampioen met Frankrijk en liet zich tevens kronen tot beste keeper van het Wereldkampioenschap in eigen land. In 2002 won de Duitser Oliver Kahn de hoogste keepersprijs. Dit was opmerkelijk, want in de tegen Brazilië verloren finale (2-0) liet Kahn een in Braziliaanse inzet los. Een fout die door een scorende Ronaldo direct werd afgestraft.  De prijzen waren echter al voor de finale verdeeld. Dit was een geluk voor Kahn, want naast de Yashin Award was hij ook de eerste en tot dusver enige keeper die de Gouden Bal in ontvangst mocht nemen als beste speler van het toernooi. Vier jaar later volgt er eeuwige roem voor Gianliugi Buffon. De doelman van het Italiaanse elftal wordt wereldkampioen en ‘Gigi’ ontvangt de laatste Yashin-Award. Want vier jaar later, in 2010, gaat de prijs verder onder de naam Golden Glove, omdat de FIFA besluit de prijs niet meer te willen vernoemen. Opnieuw gaat de prestigieuze prijs naar een wereldkampioen. De Spanjaard Iker Casillas wint met Spanje de wereldtitel en nadat hij de prijs als voor beste keeper in ontvangst neemt completeert hij een lijstje met louter illustere keepersnamen. Al vinden wij als Nederlanders dat de naam van Edwin van der Sar (1998) en misschien zelfs wel die van Maarten Stekelenburg (2010) hier toch wel tussen hadden gehoord.

 Op de vraag: Sinds 1994 wordt er ook een tastbare prijs toegekend aan de beste keeper van een Wereldkampioenschap. Sinds 2010 heet deze prijs de Golden Glove. Hoe heette deze prijs de voorgaande jaren? Was het goede antwoord: De ‘Yashin Award’

Maurice Kok beantwoorde deze vraag goed!


woensdag 14 mei 2014

Antwoord vraag 16: Het dansje van Ravelli

De WK-historie kent vele kleurrijke spelers uit verschillende landen op alle denkbare posities. Uiterlijk voorkomen, gedrag op het veld of de manier van voetballen kunnen spelers soms promoveren tot een genot om naar te kijken. Ook verschillende keepers weten de schijnwerpers op zich te zetten zonder dat de bal er per se voor hoeft te rollen. Onderstaand drie stuks in willekeurige volgorde gebaseerd op persoonlijke smaak.

Jose Luis Chilavert (Paraguay, actief op het WK 1998 en 2002)
De absolute smaakmaker van de Paraguyaanse selectie was doelman Chilavert. Baarde vooral veel opzien door het willen nemen van alle vrije trappen en strafschoppen. Scoorde in zijn actieve loopbaan liefst 62 keer, maar helaas voor hem niet tijdens een WK. De aanvoerder stond ook bekend vanwege zijn grote mond. In aanloop na het WK 1998 stelde hij onomwonden dat hij ‘The best goalkeeper of the world’ was en in 2002 miste hij de eerste groepswedstrijd omdat hij tijdens een kwalificatieduel de Braziliaan Roberto Carlos had gespuugd. Inmiddels is Chilavert een gepensioneerd doelman met de ambitie om president van Paraguay te worden.

Jorge Campos (Mexico, actief op het WK 1994 en 1998)
De Mexicaanse doelman Jorge Campos zorgde alleen al met zijn felgekleurde shirts voor de nodige kleur op de internationale velden. Ook Campos was een veelscorende doelman, maar ook hij wist dit nooit op het WK-podium te doen. Campos werd zelfs regelmatig in de spits geplaatst als stormram als het niet liep bij zijn club of het nationale elftal van Mexico. Opmerkelijk gezien zijn lengte van 1,75 meter. Campos speelde 130 interlands voor Mexico. Na zijn loopbaan als keeper werd hij assistent-coach van Mexico, onder meer tijdens het WK 2006. Zo ambitieus als zijn collega uit Paraguay is hij niet: Campos is tegenwoordig eigenaar van een Fastfoodrestaurant.

Rene Higuita (Colombia, actief op het WK 1990)
Met afstand de doelman waar een boek over valt te schrijven. Rene Higuita, de man achter de Scorpion Kick, was de doelman van Colombia tijdens het WK van 1990. Hij ontving lof in de groepsfase door zijn meevoetballende manier van keepen, maar stond aan de basis van de uitschakeling in de achtste finale. In de wedstrijd tegen Kameroen verloor hij halverwege zijn eigen helft (!) de bal aan Roger Milla wat een tegendoelpunt inleidde. Higuita miste vervolgens het WK 1994 omdat hij tijdens de voorbereiding een zeven maanden lange gevangenisstraf uitzat (wegens betrokkenheid bij een ontvoering). El Scorpion kwam nog vaak in het nieuws. Onder meer wegens cocaïnegebruik, een vriendschap met drugsbaron Pablo Escobar en gelukkig ook zijn doelpunten en acrobatische kunsten op het veld.


Op de vraag: Welke doelman deed tijdens de halve finale van een WK een dansje terwijl hij in de camera keek, nadat hij een bal rakelings naast zijn doel zag gaan? Was het goede antwoord: Thomas Ravelli.

De vraag is goed beantwoord door:  Floris de Jonge




dinsdag 13 mei 2014

Antwoord Vraag 15: Just Fontaine


Als spitsen zich een persoonlijk doel stellen op een WK dan zal dit negen van de tien keer natuurlijk het winnen van de Gouden Schoen zijn. Ofwel de prijs die de topscorer van het toernooi op de schoorsteenmantel mag plaatsen. Een overzicht van de spelers die deze prijs in ontvangst mochten nemen:
Just Fontaine
Nog altijd de recordhouder van meeste doelpunten op
één Wereldkampioenschap



1930: Guillermo Stabile (Argentinië) 8 doelpunten
1934: Oldrich Nejedly (Tsjechoslowakije) 5 doelpunten
1938: Leonidis (Brazilië) 7 treffers
1950: Ademir (Brazilië) 9 treffers
1954: Sandor Kocsis (Hongarije) 11 treffers
1958: Just Fontaine (Frankrijk) 13 treffers
1962: Florian Albert (Hongarije)
           Valentin Ivanov (Sovjet-Unie)
           Garrincha (Brazilië)
           Draza Jerkovic (Joegoslavië)
          Vava (Brazilië)
          Leonel Sanchez (Chili) allen 4 treffers

1966: Eusebio (Portugal) 9 treffers
1970: Gerd Müller (West-Duitsland) 10 treffers
1974: Gregorz Lato (Polen) 7 treffers
1978: Mario Kempes (Argentinië) 6 treffers
1982: Paolo Rossi (Italië) 6 treffers
1986: Gary Lineker (Engeland) 6 treffers
1990: Salvatore Schillaci (Italië) 6 treffers
1994: Oleg Salenko (Rusland)
           Hristo Stoichkov (Bulgarije) Beide 6 treffers

1998: Davor Suker (Kroatië) 6 treffers
2002: Ronaldo (Brazilie) 8 treffers
2006: Miroslav Klose (Duitsland) 5 treffers

2010: Thomas Müller (Duitsland)
           David Villa (Spanje)
           Wesley Sneijder (Nederland)
           Diego Forlan (Uruguay) Allen 5 treffers

Op de vraag:Wie is de speler op deze foto? Is het goede antwoord: Just Fontaine

De vraag is goed beantwoord door: Stefan Meijerink

maandag 12 mei 2014

Antwoord Vraag 14: De Kwalificatieduels

Nederland speelde in totaal 115 kwalificatieduels sinds de eerste hiervan in 1934. Toen nog in toernooivorm, pas later kwam de kwalificatie zoals we die kennen in de huidige vorm. Nederland won 76 keer, 23 keer bleef het duel onbeslist en 16 keer stapte Oranje als verliezer van het veld. 81 keer moest de Nederlandse doelman de bal uit het net vissen, liefst 275 maal mochten de Nederlandse handen op elkaar voor een treffer. In 1972 werd de grootste zege geboekt: 9-0 tegen Noorwegen. Het diepterecord stamt uit 1961: 0-3 in De Kuip met Hongarije als tegenstander. Doelman Edwin van der Sar speelde de meeste kwalificatieduels (32 stuks). De veldspeler met de meeste kwalificatie-interlands achter zijn naam is Giovanni van Bronckhorst. Ruud van Nistelrooy en Robin van Persie dragen samen de vaandel als het gaat om de meest gemaakte treffers. De Belgen Eric Gerets, Jean-Marie Pfaff en Rene Vandereijcken speelden vijf keer tegen Nederland. Scoren tegen Nederland blijkt niet al te makkelijk. Slechts negen spelers scoorden twee keer tegen Nederland tijdens de kwalificatiecyclus,waaronder de Portugees Pauleta, de Hongaarse ex-PSV’er Balasz Dszudzsák en de Ierse beul van 2002 Jason McAteer.


Op de vraag: Welke doelman trof het Nederlands elftal het vaakst als tegenstander in de historie van 115 kwalificatieduels? Was het goede antwoord: Jean-Marie Pfaff
 
De vraag is goed beantwoord door: Stefan Meijerink


vrijdag 9 mei 2014

Antwoord Vraag 13: Mislukte Salto

Boudewijn Zenden is een oud-speler van onder meer PSV, Barcelona en Chelsea. Tevens mocht de speler voor de linkerflank 56 keer opdraven voor het Nederlands elftal en daarin 7 treffers maken. Zenden was actief op het WK in 1998 en het EK in 2000. Een verdienstelijke speler dus uit de vaderlandse voetbalhistorie.
 
Zenden was als speler gezegend met de gelukkige gave wel eens in scoringspositie te komen en hoewel hij meer een speler was van de assist schoot hij zelf ook nog weleens het leer tegen de netten. De één loopt na een treffer met een hand de lucht in juichend weg, een ander schreeuwt in de camera, de volgende verklaart openbaar de liefde aan zijn vriendin en sommige doen ook een plassend hondje na. Ook Zenden had zichzelf een speciale manier van juichen toegekend. Hij besloot een salto te maken om een gemaakte treffer te vieren.
 
Juichen is altijd fijn, maar het liefst wil een speler juichen op het allerhoogste podium. Het is niet iedereen gegeven, maar Zenden mag meedoen op het hoogste niveau. Op het WK in 1998. In de groepsronde laat bondscoach Guus Hiddink hem invallen tegen België (0-0) en Zuid-Korea (5-0 winst). In de halve finale mag hij tegen Brazilië zelfs starten. Vurig hoopt hij natuurlijk het verschil te maken, maar in deze drie wedstrijden lukt hem dat niet. Nadat Brazilië te sterk was in de halve finale rest nog de troostfinale tegen Kroatië.
Zenden mag meedoen aan het slotakkoord. De wedstrijd begint slecht voor Nederland met een 1-0 achterstand (doelpunt Prosenecki). Maar dan draait Zenden weg bij zijn directe tegenstander Jarni. Met een vlammend afstandsschot treft hij doel en maakt de 1-1. Juichen op een WK. Dat is toch waar iedereen van droomt. Tuurlijk, het is maar een troostfinale, maar het is wel een krachtmeting met één van de vier sterkste landen van Europa. Zodoende zet Zenden aan en maakt zich op voor zijn ultieme manier van juichen. Een salto die hij bij een treffer voor zijn club PSV zo vaak foutloos heeft uitgevoerd.
 
Twee tellen later ligt Zenden op de grond. Als een vogel die net kan vliegen had de doelpuntenmaker door de lucht gesparteld. Zijn salto was genadeloos mislukt. De vreugde van het scoren op een WK was er echter niet minder om. Wel jammer is dat we menig Oranje-international aan het einde van de wedstrijd een traantje zien wegpinken. Davor Suker besliste het duel al in de eerste helft door de 2-1 op te tekenen. Dit werd ook de eindstand. Nederland werd vierde op het WK van 1998.




Op de vraag: Welke Nederlandse international wilde op een WK na het maken van een doelpunt in salto maken, maar mislukte hier volledig in? Was het goede antwoord: Boudewijn Zenden.
De vraag is goed beantwoord door: Patrick van Riel


donderdag 8 mei 2014

Antwoord Vraag 12: De Deelnemers

Onderstaand een lijst met alle deelnemers die deze zomer in actie zullen komen in Brazilië. Zoals te zien is zullen er zeven voormalig winnaars acte de presence geven. Gastheer Brazilië voert die lijst aan met vijf titels en is daarmee misschien ook wel het ultieme gastland als men het zou beoordelen op voetbaltechnische gronden. Verschillende landen zullen graag voor de eerste keer de groepsfase willen overleven, terwijl een vrijwel even grote groep zich zal realiseren dat een evenaring van de eerder behaalde beste prestaties een utopie zal zijn. Voor Nederland geldt dat we waarschijnlijk wel eens af willen van ons imago als eeuwige tweede. Slechts één land zal dit jaar een nieuwe standaard zetten: Bosnië-Herzegovina speelt voor het eerst een Wereldkampioenschap:


Op de vraag: Van de tweeëndertig landen die deze zomer acte de presence geven is er één land die voor het eerst een WK speelt. Welk land is dit? was het juiste antwoord: Bosnië-Herzegovina.
 
De vraag is goed beantwoord door: Maurice Kok


woensdag 7 mei 2014

Antwoord vraag 11: Het eerste WK

Het Wereldkampioenschap Voetbal kent een rijke historie. Tenslotte wordt deze zomer de 20e editie georganiseerd. In 1930 werd het roemruchte toernooi voor de eerste maal georganiseerd. Eveneens in Zuid-Amerika, namelijk in Uruguay. In de jaren voor dit WK was de grootste mondiale voetbalprijs te behalen op de Olympische Spelen. Dit veranderde toen eind jaren ’20 voetbal van de Olympische menukaart van 1932 werd geschrapt. Dit kwam onder meer door dat voetbal destijds niet populair genoeg was en dat de FIFA en het IOC strijd hadden over wie er al dan niet moest worden toegelaten op de Olympische Spelen. Daarom wordt in 1928 de basis gelegd voor het eerste WK. Uitgerekend in Amsterdam wordt besloten dat Uruguay gastland zou worden voor het WK. Ik verzamelde 10 leuke weetjes:
  •    ·         Het WK in 1930 was niet de eerste poging tot het organiseren van een op zichzelf staand mondiaal voetbaltoernooi. In 1904 probeerde de toen pas opgerichte FIFA al een WK te organiseren voor het jaar 1906. Echter was er vanuit de Nationale voetbalbonden zoveel weerstand dat dit direct op een mislukking uitdraaide.
  • ·         Uruguay werd als gastheer gekozen om twee redenen: Ze vierden in 1930 onafhankelijkheid en ze wonnen in 1924 en 1928 olympisch goud en waren dus een groot voetballand.
  • ·         Het eerste WK was het enige WK waarvoor men zich niet hoefde te kwalificeren. De FIFA nodigde de landen uit. De hoge reiskosten en lange reisduur zorgden ervoor dat er vanuit Europa maar weinig animo was. Toch wist de FIFA op de valreep België, Roemenië, Joegoslavië en Frankrijk over de streep te trekken. Argentinië, Chili, Mexico, Bolivia, Brazilië, Peru, Paraguay, de Verenigde Staten en gastheer Uruguay maakten het deelnemersveld compleet, waardoor het eerste WK dus uit dertien deelnemende landen bestond.
  • ·         De eerste officiële wedstrijd werd op 13 juli 1930 gespeeld tussen Frankrijk en Mexico in het Estadio Pocitos in Montevideo. De wedstrijd werd gefloten door de Uruguayaan Lombardi en de eerste doelpuntenmaker luisterde naar de naam Lucien Laurent. Het duel eindigde overigens in 4-1.
  • ·         In de poulefase speelden Argentinië en Chili een duel die allesbeslissend was. Na een hard duel met vele knokpartijen plaatste Argentinië zich voor de halve finale. Chili werd vervolgens voor vijf jaar uitgesloten voor deelname aan internationale toernooien.
  • ·         In de groepswedstrijd tussen Frankrijk en Chili wordt de eerste strafschop in de historie gestopt. De Franse keeper Thépot kreeg deze eer toebedeeld. De Chileen Vidal (!) kreeg de twijfelachtige eer om de eerste misser op zijn naam te schrijven.
  • ·         In de groepswedstrijd tussen Roemenië en Peru wordt de eerste rode kaart uitgedeeld. De Peruaan Placido Glamindo ontvangt deze na een knokpartij.
  • ·         In de groepswedstrijd tussen Brazilië en Bolivia speelt men 45 minuten in hetzelfde tenue. De Boliviaanse coach besluit in de rust zijn spelers in een andere outfit de tweede helft te laten spelen.
  • ·         In het duel tussen Joegoslavië en Bolivia (4-0) worden er maar liefst 4 (!) treffers van de Bolivianen afgekeurd.
  • ·         Het Estadio Centenario is nog niet af bij de start van het WK. Het eerste optreden van het thuisland wordt hierdoor vijf dagen verschoven.
  • ·         Uruguay en Argentinië speelden de finale. Voorafgaand aan de finale lijkt er een smet op het toernooi te komen. Er waren bedreigingen voor de Argentijnse tegenstander, alsmede voor de Belgische scheidsrechter John Langenus. Laatstgenoemde eiste een vluchtroute vanuit het stadion naar het schip waarmee hij het land zou kunnen ontvluchten. Een iets minder groot probleem melde zich vlak voor de wedstrijd. Beide teams eisten dat er gespeeld zou worden met een bal naar hun keuze. De oplossing was simpel: De eerste helft speelde men met de Argentijnse bal, de tweede met de Uruguayaanse bal. Uruguay won de finale met 4-2 en werd gekroond als eerste Wereldkampioen.
  • ·         De Argentijn Guillermo Stábile werd de topscorer van het WK.
  • ·         Op het WK worden 70 doelpunten gemaakt. Dit betekende een gemiddelde van 3,89 per wedstrijd. Dit gemiddelde ligt lager als vier jaar later in Italië (gemiddelde van 4,12), maar wel veel hoger als tegenwoordig: Op het WK 2006 in Duitsland wordt er gemiddeld 2,27 keer per wedstrijd gescoord en in 2010 zijn de deelnemers in Zuid-Afrika goed voor 2,3 treffers per duel.
  • ·         Het toernooi duurde 18 dagen en wordt gewonnen door Uruguay.

Op de vraag: Welke scheidsrechter die een finale floot eiste ooit een vluchtroute vanuit het stadion naar het schip waarmee hij in geval van nood het stadion kon ontvluchten? Was het goede antwoord: De Belg John Langenius tijdens de finale van 1934.
 
De vraag is goed beantwoord door: Jan van Blanken
















dinsdag 6 mei 2014

Antwoord vraag 10: Oude WK-Gangers

Het Nederlandse voetbal kent een rijke historie aan WK-gangers. Van Johan Cruijff tot aan Ryan Babel. Van Piet Wildschut tot Jan Wouters. Allemaal hebben ze hun eigen karakteristiek. Jong, oud, linksbenig , rechtsbenig. Allemaal zijn ze uniek. Zoals er een altijd het langst is, zal er ook altijd één het kortste zijn. En van elke samengestelde WK-selectie zal er eentje het jongste zijn en dus ook één de oudste.

Bijvoorbeeld Gejus van der Meulen. De doelman van HFC stapte in 27 mei 1934 tijdens het WK in Italië als oudste speler van het Nederlands elftal de grasmat van San Siro op. Het was het enige duel wat Nederland speelde dat WK. Zwitserland, de tegenstander die dag, was met 2-3 te sterk. Van der Meulen, die dertien interlands speelde, was op de bewuste dag 31 jaar en 4 maanden oud.

Bij de wat oudere voetballiefhebbers staat 25 juni 1978 als een soort van zwarte dag in het geheugen gegrift. Dan speelt Nederland voor de tweede keer op rij een WK-finale. De 1-1 bij het laatste fluitsignaal betekent een verlenging. Rob Rensenbrink zijn bal op de paal was een moment die de Nederlandse voetbalgeschiedenis een stuk kleuriger aanzien had kunnen geven. Het was echter de Argentijn Mario Kempes, die in de verlenging voor de tweede en derde keer die dag doel trof, die er met de eer vandoor ging en Argentinië wereldkampioen maakte. Nederland werd met 3-1 verslagen. Wat toen totaal niet belangrijk was, maar vandaag de dag nog steeds van statistische waarde is, is het feit dat Jan Jongbloed de doelman was die dag. Jongbloed, doelman van Roda JC destijds, was 37 jaar en 7 maanden oud en daarmee vandaag de dag nog altijd de oudste Nederlandse international die tijdens een WK-duel opgesteld werd.

Van der Meulen en Jongbloed waren beide doelmannen. Net als Hans van Breukelen die in 1990 de oudste speler namens Nederland was. Bij het meest recente WK in Zuid-Afrika was Giovanni van Bronckhorst de meest gerimpelde speler. Leuk en opmerkelijk zijn de twee oudste spelers van het WK in 2006. Doelman Edwin van der Sar en Phillip Cocu waren in de achtste finale tegen Portugal op de dag af even oud. Beide zijn geboren op 29 oktober 1970 en waren toen ze op 25 juni 2006 de grasmat betraden van het Frankenstadion in Nürnberg 35 jaar en bijna
zeven maanden oud.

Op de vraag ‘Welke twee spelers waren op de dag af even oud toen ze samen als oudste speler van het Nederlands elftal van de betreffende eindronde verschenen aan de aftrap van een WK-wedstrijd?' was het antwoord Phillip Cocu en Edwin van der Sar.

Het goede antwoord is gegeven door: Susanne Jacobs